Het kan zijn dat u tijdens de bevalling inscheurt (ruptuur) of dat wij (uw verloskundigen) een knip (episotomie) moeten zetten. Wij kunnen u daarna zelf hechten, ook thuis. Wij hebben hechtinstrumenten en hechtmateriaal bij ons. Ook hebben we verdoving (lidocaine) bij ons.
Er zijn verschillende soorten rupturen:
- 1e graads ruptuur: dit is een scheurtje in de huid.
- 2e graads ruptuur: huid, vaginawand en / of spierlaag zijn gescheurd.
- 3e graads ruptuur: de kringspier van de anus is gedeeltelijk of geheel geraakt. Dit wordt ook wel een (sub)totaal ruptuur genoemd.
- Vaginawandruptuur: de wand van de vagina is gescheurd. Deze wordt alleen gehecht als het erg bloedt.
- Labiumruptuur: schaamlipscheurtje, wordt meestal wel gehecht omdat plassen branderigheid veroorzaakt.
- Episiotomie: oftewel een knip. Dit is eigenlijk geen scheur, maar een knip moet wel altijd worden gehecht.
Hoe gaat het hechten?
Eerst moet er bekeken worden of er gehecht moet worden. Daarna wordt alles klaargezet om te hechten. Als wij moeten hechten zullen wij u eerst verdoven. Soms gebruiken wij een grote tampon die we inbrengen in de vagina om het vloeien tegen te gaan. Zo hebben we tijdens het hechten een beter overzicht op de wond.
Wij gebruiken thuis altijd atraumatisch hechtmateriaal, dit betekent dat de draad en de naald aan elkaar vast zitten. Wij gebruiken vicryl voor de spierlaag met daaraan een ronde naald. Voor de huid wordt vicryl rapide (lost in 7-14 dagen op) of dunne vicryl gebruikt met een snijdende naald om makkelijk door de huid te komen.
Een wond wordt meestal in in lagen gehecht. Eerst de vaginawand, dan de spierlaag en als laatste de huid. Wij hechten de inwendige hechtingen geknoopt en de huid wordt geknoopt of intracutaan (onderhuids)gehecht.
Bij een episotomie knippen we door alle lagen heen, deze zal dan ook in lagen weer gehecht worden, eerst de vaginawand, dan de spierlaag en dan de huid.
Bij een (sub) totaalruptuur moet u in het ziekenhuis door de gynaecoloog gehecht worden. Dit wordt soms onder narcose op de operatiekamer gehecht. Na een thuisbevalling wordt u dan per ambulance vervoerd.
Verzorging van de hechtingen.
Na de bevalling is het van belang om de hechtingen goed te verzorgen. Het beste kunt u de eerste dagen onder de douche plassen, zodat u goed kunt spoelen. Plassen prikt dan ook minder. Ook kunt u spoelen op het toillet met een kannetje of een bidonflesje. Maar meestal komt u dan niet goed genoeg bij de hechtingen.
Verschoon uw maandverband met regelmaat. Af en toe met uw billen bloot liggen (bijvoorbeeld tijdens het rusten) versnelt het wondherstel.
Hechtingen verwijderen.
Op de 6e dag na de bevalling kunnen de uitwendige hechtingen door ons verwijderd worden. De onderliggende hechtingen hebben wel 6 weken nodig om zelf op te lossen. Soms lost het onderhuidse hechtmateriaal niet goed op. Restanten van de hechtingen zullen zich dan vanzelf naar buiten werken. U kunt dus weken na de bevalling nog wat hechtingen verliezen.
Losgeknoopte hechtingen en intracutane hechtingen (onderhuids).