U kunt uw kindje in verschillende houdingen borstvoeding geven. U kunt zelf zoeken naar een voedingshouding die voor u en uw kindje prettig aanvoelt.
De belangrijkste principes zijn:
-
Dat uw kindje met zijn buikje naar u toe ligt.
-
Dat oor, schouder en heup bij uw kindje op één lijn liggen.
-
En dat uw kindje niet aan uw borst hangt.
De kant van uw borst waar uw baby met zijn onderkaakje naartoe ligt, wordt het beste leeggedronken. Merkt u dat de andere kant van de borst erg vol blijft of harde plekken heeft, dan is het goed te wisselen van voedingshouding.
Liggend voeden.
Ga op uw zij liggen met uw benen iets opgetrokken. Leg uw kindje op zijn zij, dicht tegen u aan, met zijn neus iets onder de tepel. Zodra uw kindje de mond wijd open doet trekt u uw kindje naar u toe. Deze houding is handig voor de eerste dagen na de bevalling en ‘s nachts. Zorg dat u ontspannen kan liggen.
Zittend voeden.
Zorg dat u ontspannen rechtop en goed gesteund kunt zitten met uw voeten goed op de grond. Zet eventueel een krukje onder uw voeten. Het is, zeker in het begin, het makkelijkst om het nekje van uw kindje met uw hand te ondersteunen. Doe dit met de hand van de kant waaraan uw kindje niet drinkt. Met de hand aan de kant waar uw kindje aan de borst gaat, vormt u uw borst voor, om zo te zorgen dat uw kindje deze makkelijk kan pakken. Zijn lijfje ligt op een kussen of op uw arm en u zorgt dat zijn billetjes goed zijn ondersteund. Ook in deze houding is de ligging van buik naar buik erg belangrijk. Het is vaak prettig de arm waarop uw kindje ligt te ondersteunen met een kussen.
Baker- of rugbyhouding.
Dit is ook een zittende voedingshouding, waarbij uw kindje op een stevig kussen ligt. U legt zijn beentjes onder uw arm door, aan de kant van uw borst waarmee je gaat voeden. Zorg dat uw kindje weer met zijn buikje naar u toe ligt. U steunt zijn nekje met uw hand. U heeft in deze houding goed zicht op wat uw kindje doet. Vooral wanneer het niet prettig is om uw kindje op uw buik te hebben, bijvoorbeeld na een keizersnede, is dit een prettige houding. Ook als u een tweeling tegelijk aan de borst gaat voeden, kunt u beide kinderen in de rugbyhouding leggen.
Liggend op de rug voeden.
Deze houding is prettig indien u erg veel melk heeft, of indien u een erg sterke toeschietreflex heeft. U ligt op uw rug met uw kindje boven op u. U steunt het voorhoofdje met uw hand zodat het neusje vrij blijft. Uw kindje moet nu tegen de melkstroom in drinken, waardoor de kans op verslikken minder groot is.
Biological nurturing.
Een andere manier van aanleggen is ‘biological nurturing’. Het idee is dat de baby door de zwaartekracht tegen het moederlichaam aan blijft liggen, waardoor er veel buikcontact tussen hen is. Ook bevordert deze houding voedingsgedrag in de baby (zoeken, mond openen, wijd aanhappen). Op www.borstvoeding.com is hierover ook het nodige te vinden (ingeven in het zoekvak). Als moeder en kind allebei bloot zijn, werkt het nóg beter.