In uw moedermelk zitten alle voedingsstoffen die uw kindje nodig heeft voor zijn/haar ontwikkeling. De meeste pasgeborenen krijgen reserves mee vanuit de baarmoeder. Bijvoeding direct na de geboorte is dan ook niet nodig. Er hoeft geen extra vocht, dus ook geen water gegeven te worden. Er kan en mag altijd afgekolfde moedermelk gegeven worden.
Redenen om uw kindje wel bij te voeden kunnen zijn:
- Uw kindje heeft een hoog of juist een te laag geboortegewicht.
- Uw kindje dreigt 10% af te vallen ten opzichte van zijn/haar geboortegewicht.
- Bij tijdelijk gebruik van bepaalde medicijnen door u, waarbij schadelijke stoffen in de borstvoeding komen. (Dit geldt maar voor een zeer klein percentage medicijnen.)
De eerste dagen na de bevalling is het normaal dat uw kindje wat afvalt. Wanneer er ondanks frequent voeden en kolven nog onvoldoende borstvoeding is en uw kindje is bijna 10% afgevallen, geef dan na overleg met uw verloskundige naast de afgekolfde moedermelk extra bijvoeding. Hypo-allergene flesvoeding heeft de voorkeur.
Het is belangrijk om het gewicht van uw kindje in de gaten te houden. Uw kindje wordt één keer per dag in zijn blootje gewogen. Iedereen die borstvoeding wil gaan geven, kan na de geboorte een babyweegschaal huren bij de Thuiszorgwinkel. Ook sommige kraamverzorgenden hebben een eigen weegschaal om uw kindje te wegen. Het is niet de bedoeling dat u uw kindje voor en na een voeding weegt. Dit is niet nauwkeurig en geeft veel onrust. Zodra uw kindje goed blijft groeien, kan de weegschaal na ongeveer twee weken worden teruggebracht.