In het begin van uw zwangerschap gaat er veel extra bloed naar de baarmoeder waardoor die als het ware al vrij snel opzwelt. Na enkele weken zwangerschap is uw baarmoeder zo groot als een flinke peer en drukt hij al zwaar op uw blaas. Hierdoor moet u sneller en vaker plassen. Ook is de nierdoorstroming versterkt, waardoor u meer dorst hebt, meer drinkt en dus meer plast. Verder moet u door de invloed van de hormonen ook meer plassen.

Na vier maanden groeit uw baarmoeder naar boven en drukt minder op uw blaas, waardoor u weer minder moet plassen. Aan het einde van uw zwangerschap, als het hoofdje van uw kindje groter is en wat dieper in uw bekken ligt, neemt de druk op uw blaas weer meer toe. Hierdoor moet u weer meer plassen.